Onze visie op het plan gezonde schoolmaaltijden

 “Laten we inzetten waar de nood het hoogst is” : CDE-Vlim.be voorlopig terughoudend over plan gezonde schoolmaaltijden.

Vanaf 1 september wil de Vlaamse overheid gezonde voeding voorzien voor alle leerlingen in het basisonderwijs. Gemeenten kunnen hierbij aansluiten, maar dat vraagt wel een jaarlijkse bijdrage van minstens 73 euro per kind. In Beerse wordt dat voorstel voorlopig met voorzichtigheid bekeken.

Kansen en keuzes

Het idee achter het plan is duidelijk: gezonde voeding op school draagt bij aan het welzijn en de ontwikkeling van elk kind. De Vlaamse overheid trekt er jaarlijks 70 miljoen euro voor uit, maar dat dekt niet de volledige kost. Lokale besturen die willen meedoen, moeten zelf bijpassen. Die bijdrage kan dan gebruikt worden voor initiatieven zoals een dagelijks ontbijt, fruitmomenten of soep op school.

Beerse telt ongeveer 2.000 leerlingen in het lager onderwijs. Dat betekent een extra kost van zo’n 150.000 euro per schooljaar. Burgemeester Bart Craane (CDE-Vlim.be) licht toe: “Dat bedrag is vandaag niet ingeschreven in onze begroting. De vraag is dan ook niet alleen of we het kunnen betalen, maar vooral of we het op dit moment moeten doen, gezien de vele noden waarmee we als lokaal bestuur geconfronteerd worden. Elke extra uitgave vraagt een heroverweging van andere keuzes of een extra belasting voor onze inwoners.”

Genuanceerde blik

Als voormalig leerkracht begrijpt burgemeester Craane als geen ander het belang van goede zorg op school. Toch plaatst hij kanttekeningen bij het voorstel. “Het is belangrijk om gericht te werken. Niet elk kind in Beerse heeft nood aan extra ondersteuning op het vlak van voeding. Onze scholen en leerkrachten hebben veel voeling met hun leerlingen en signaleren snel wanneer er ergens een probleem opduikt. Via lokale initiatieven zoals het project ‘lege brooddozen’ van armoedevereniging De Watertoren proberen we daar heel concreet op in te spelen.”

Geen ‘one size fits all’

CDE-Vlim.be benadrukt het belang van maatwerk: “Een brede aanpak waarbij iedereen een beetje krijgt, kan de indruk wekken dat er iets gebeurt, maar mist soms impact op de plekken waar de nood écht hoog is. Het lijkt ons verstandiger om die kinderen en gezinnen beter te ondersteunen met gerichte maatregelen, in plaats van een algemene regeling die moeilijk kwaliteitsvol én betaalbaar kan worden uitgevoerd.”

Praktische bezorgdheden

Daarnaast zijn er ook praktische vragen die nog onvoldoende beantwoord zijn. “Wie gaat die maaltijden voorbereiden en uitdelen? Verwacht men dat leerkrachten daar een rol in opnemen? Dat hoort niet tot hun kerntaak. Onze leerkrachten doen al ontzettend veel, en het is belangrijk dat zij zich kunnen focussen op hun pedagogische opdracht. Als er nieuwe verantwoordelijkheden bijkomen, moeten die ook structureel en haalbaar ondersteund worden.”

Ouderlijk engagement

Tot slot wijzen we graag op een belangrijk maatschappelijk evenwicht: “We mogen ook niet uit het oog verliezen dat het voorzien van een gezonde maaltijd in de eerste plaats een verantwoordelijkheid van de ouders blijft. De school en de overheid kunnen ondersteunen waar nodig, maar het risico bestaat dat we de lat verschuiven en het ouderlijk engagement afbrokkelt. Dat is geen gezonde evolutie, en ook niet duurzaam.”

Blik op de toekomst

Dat Beerse zich voorlopig terughoudend opstelt, betekent niet dat het onderwerp van tafel is. “We blijven uiteraard openstaan voor initiatieven die het verschil kunnen maken voor onze kinderen. Maar we willen dat wel doordacht doen, met oog voor effectiviteit, haalbaarheid én respect voor wie dagelijks in de klas staat. Gezonde voeding op school is belangrijk, maar het is ook onze taak om zorgvuldig om te gaan met de middelen én verantwoordelijkheden in onze gemeente.”